C.S. Lewis, Gedachten over de Psalmen, [2009], 14-15 Het hoeft ons daarom niet te verbazen als de Psalmen, en de Profeten, vol zijn van het verlangen naar een oordeel als goed nieuws wordt ervaren. Honderdduizenden mensen die van al hun bezittingen zijn beroofd en het recht geheel aan hun kant hebben, zullen eindelijk gehoor krijgen. Natuurlijk zijn zij niet bang voor het oordeel. Ze weten dat er niets tegen hun aanklacht in te brengen is - als hij maar gehoord werd. Als God komt om te oordelen, dan zal het eindelijk zover zijn. Dit wordt uit tientallen passages duidelijk.
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Hij Zelf zal de [13]wereld richten in gerechtigheid, en de volken oordelen in [14]rechtmatigheden. 13. Dat is, de mensen, die in de wereld wonen. 14. Hebr. alsof men zeide: In rechtheden, of richtigheden; dat is, zeer recht, billijk, rechtmatiglijk. Alzo hfdst.17 vs.2, en hfdst.58 vs.2, Jes.45:19.